Twee dingen vallen meteen op terwijl we praten met Gerlin: haar bescheidenheid en haar enorme passie voor het modernisme vanaf 1950. ‘Die liefde is organisch gegroeid. Mijn oma’s huis dateerde uit de vroege jaren ’60'. Het was echt zo’n op en top sixties huis. Haar gele deur met zwarte boemerangklink staat voor altijd in mijn geheugen gegrift. Het huis is nu verkocht, maar ik kan wel zeggen dat de kleine vonk daar vuur heeft gevat.’ 

And so it begins...

‘Wat ik altijd al fijn vond om te doen, was musea bezoeken en huizen van kunstenaars. Ik ben ontzettend nieuwsgierig naar hoe mensen vroeger leefden. In principe vind ik dat boeiend over alle periodes, maar voor de jaren ’50 en ’60 heb ik altijd een grote boon gehad. Ik kan het niet uitleggen, dat tijdperk spreekt me gewoon super hard aan. Op het internet zocht ik alles op wat ik kon vinden, en toen een vriendin uit Brussel me begon te vertellen over die typische architectuur dacht ik, wauw, er bestaat zo veel modernisme in België! Dat zou toch bekender moeten zijn?’ 

Eerste stop: het woonhuis van Renaat Braem

‘Ergens in 2017 begon ik met mijn Instagrampagina. In het begin was dat gewoon een persoonlijke pagina met een paar honderd volgers, puur uit interesse. Daar lanceerde ik voor het eerst een oproep voor een rondleiding. Ik wilde immers het huis van Renaat Braem bezoeken in Antwerpen, maar daarvoor moest je vijftien personen bij elkaar krijgen. In no time had ik een tof groepje bij elkaar.’

 Architectuurvakanties

‘Tiens, dacht ik toen, hier is precies toch veel interesse voor – en zo ging de bal stilaan aan het rollen. In het begin was dat allemaal nog heel low profile. Ik had je nooit geloofd als je me toen had verteld dat het ooit zo groot zou worden. Wel deed ik alsmaar meer wandelingen, met een gids, op mezelf, met een boekje in de hand... Het werd bijna een obsessie.’ (Lacht.) ‘Elk vrij moment was ik ermee bezig. In het buitenland bezocht ik ook panden. Lange tijd organiseerde ik mijn vakanties in functie van de architectuur.’ 

“De eerste keer dat ik bij iemand aanbelde, moest ik letterlijk en figuurlijk over een drempel. Toen ik binnenstapte leek in beland te zijn in een aflevering van Mad Men. Alles was nog intact.”

Ding dong

‘Ik ging steeds vaker op pad voor de architectuur. Dat doe ik nog steeds het liefst alleen. Ik geraak onderweg immers zo erg opgeslorpt dat ik het soms moeilijk vind om dan nog met iemand anders te babbelen. Na een tijdje begon ik aan te bellen bij de bewoners van huizen die ik mooi vond, gewoon uit nieuwsgierigheid, en om er eventueel later eens een rondleiding te mogen organiseren. De eerste keer dat ik dat deed, moest ik echt wel over een drempel – letterlijk en figuurlijk. Het eerste huis waar ik durfde aan te bellen, was een ontwerp van Willy Van Der Meeren, in Aarschot. Het heeft dus een tijde geduurd, maar intussen bel ik zonder schroom bij mensen aan om een babbeltje te doen.’ 

Schakel tussen bewoner en bezoekers

‘Ik was zelf zo excited en geïnspireerd door die ontmoeting, dat ik nog meer gedreven werd om rondleidingen met gelijkgestemde zielen te organiseren. Jammer genoeg kwam niet veel later corona op de proppen, maar ik probeerde toch nog steeds aan te bellen. Dan vroeg ik gewoon of de bewoner het zou zien zitten om het huis open te stellen voor een rondleiding. Ik fungeer als tussenpersoon en begeleid dus zelf geen groepen, maar ik regel alle praktische zaken, doe de promo en leg de link tussen bewoners en geïnteresseerden.’

Boek in zicht!

‘In 2020 waagde ik de sprong en richtte ik Toerist Modernist op. Ik kon toch minder werken op mijn andere job, dus nam ik de tijd om een website te maken, nog meer te wandelen – what else? – en alles op te starten. Eigenlijk was het ideaal. Het liep zo vlot dat ik mijn vaste job opgaf in 2021. Nu leg ik de focus op Toerist Modernist. In de tussentijd gaf ik ook nog enkele wandelbrochures uit in eigen beheer, met telkens één wandeling rond modernisme in Deurne (Antwerpen), Oostende en Ukkel. Intussen is zelfs het onvoorstelbare gebeurd: Uitgeverij Luster contacteerde me met de vraag of ik een wandelgids rond modernistische gebouwen wilde uitbrengen!’

“Momenteel maak ik een wandelgids rond modernistische gebouwen in België, een ongelofelijk avontuur!”

Erfgoed met vervaldatum

‘Wat me ook steeds heeft geïnteresseerd, is het sociale aspect van de modernistische woningbouw, hoe mensen wonen in een huis of appartementsblok. Willy Van Der Meeren, Renaat Braem... Zij waren daar ook erg veel mee bezig. Soms was hun gedachtegoed wel te utopisch om goed te wonen – sommige woningen zijn niet goed geïsoleerd, hebben betonrot... Van Der Meeren dacht vooral praktisch en economisch en hij bouwde met goedkope materialen. 

Braem dacht eerder na over het kunstzinnige van de architectuur. Modernistische woningen uit de jaren ’20 en ’30 zijn vandaag nog altijd in goede staat, maar die uit de jaren ’50 en ’60... Not so much. Stookolie en gas kostten quasi niets, mensen hadden vaak geen groot budget dus ze bouwden met goedkope materialen... Toch blijven de ontwerpen prachtig en spreken ze mensen nog altijd sterk aan.’

Sneak preview

‘Ik vind het ontzettend boeiend om na te denken over dat vraagstuk, hoe ga je om met dit soort erfgoed? Aan de andere kant zie ik de appreciatie ervoor de laatste vijf jaar alleen al sterk stijgen, ook bij de panden van Immodôme. Ik beschouw het als een voorrecht dat ik als eerste mag binnenkijken in modernistische huizen die Immodôme verkoopt. Je weet immers maar nooit of er een wandeling uit kan voortkomen.’ 

Meer weten over Toerist Modernist? Neem een kijkje op haar website.

Wil je in de toekomst meer verhalen lezen en op de hoogte blijven van ons nieuws? Schrijf je dan in om het Immodôme Magazine per mail te ontvangen!

Stories